Positieve effecten van bio-energiesubsidies bevestigd
Volgens de Prognos-studie hebben bio-energiesubsidies op het gebied van lokale en stadsverwarming en ketelvervanging bijgedragen aan het behalen van de Oostenrijkse subsidiedoelstellingen.

Positieve effecten van bio-energiesubsidies bevestigd
Met name de ketelvervanging in het kader van de inmiddels verlopen maatregel ‘Ga uit de olie en gas’ kon punten scoren met een bovengemiddelde prestatie, zo blijkt uit een persbericht. Het onderzoek kwam tot de conclusie dat deze financieringsmaatregel een doorslaggevende bijdrage leverde op alle zes de impactdimensies.
Effect op alle zes niveaus
Naast het doel om de CO2-uitstoot terug te dringen en de voorzieningszekerheid te versterken, omvat dit ook de positieve economische effecten op de binnenlandse waardecreatie en werkgelegenheid. In totaal levert een met 10.000 euro gefinancierde pelletketel een staatsinkomen op van ongeveer 55.000 euro over een periode van twintig jaar. In de praktijk leverde de steun de staat al op voordat deze werd uitbetaald via BTW- en loonbelastinginkomsten, zoals onlangs werd geëvalueerd in een onderzoek van het Oostenrijkse Energieagentschap. Dit betekent dat de financiering van ketelvervanging een win-winsituatie blijkt te zijn met meerdere positieve effecten. Daarnaast kan volgens de uitzending worden geconcludeerd dat subsidies voor bio-energie voldoen aan de eis van efficiënt, effectief en budgetvriendelijk gebruik van belastinggeld.
Duidelijke randvoorwaarden noodzakelijk
Om dit succesvolle model voort te zetten, moet de effectieve financiering worden voortgezet en moet er snel passende vervolgfinanciering voor “Get out of oil and gas” worden geïmplementeerd, aldus het persbericht. Zowel consumenten als bedrijven hebben nu behoefte aan duidelijke en betrouwbare randvoorwaarden die de overstap naar duurzame verwarmingssystemen mogelijk maken en planningszekerheid garanderen. De auteurs van de Prognos-studie komen ook tot deze conclusie door erop te wijzen dat het doel van steunmaatregelen een betrouwbaar steunkader moet zijn dat “minder afhankelijk is van kortetermijnbonussen en meer van langetermijnmaatregelen”.
Om het doel van klimaatneutraliteit in 2040 te bereiken, zouden jaarlijks ongeveer 60.000 fossiele verwarmingssystemen moeten worden vervangen door hernieuwbare systemen. Bio-energie draagt aantoonbaar bij aan het behalen van doelstellingen zowel op het gebied van individuele verbrandingssystemen als op het gebied van lokale en stadsverwarming. De voortzetting van adequate ondersteuningssystemen voor de lange termijn is echter de beslissende voorwaarde om dit potentieel in de toekomst te kunnen benutten.
Lees meer in de Prognos studie of in de Oostenrijkse biomassastrategie.